02 januari 2014

25 donderdag 2 januari 2014



Vijf dagen Festival eist zijn tol. Qua slaap,energie en last-but-not-least geld. Ik had er op gerekend in Bignona te kunnen pinnen. Maar helaas. Ik heb geen visum voor Senegal – ben dus illegaal – en bij de eerste de beste politiepost zou ik de pineut zijn.
“What can they do?!” vraag ik lachend aan Ndaye. We zijn bij haar familie op bezoek in Dioloulou.
Haar gezicht betrekt. “They can arrest you!”
Dat gaan we dus niet doen. Ik wissel de helft van de nog aanwezige dalasis in bij de shop om de hoek. De andere helft ligt helaas in de kamer in Abene. De Gambiaanse dalasi is “poor” en normaal gesproken krijg je er nauwelijks Senegalese cfa voor.  Maar volgens Ndaye is deze shop een uitzondering en geeft een normale koers.
Op naar plan twee.
Plan twee is om de volgende dag terug te gaan naar Dioloulou en de andere helft van het Gambiaanse geld ook om te wisselen. Maar dat is dan nog steeds niet genoeg om de kamer van te betalen en de auto vol te tanken.
Op naar plan drie.
Ik kan zelf naar Gambia gaan ‘crossing the river’. Wat zoveel betekent als achterop een motor(taxi) springen. Offroad door de bush naar de rivier, een rit van ongeveer twintig minuten, bij een jonge wilde motorrijder achterop. Dan met het bootje over en dan wachten. Vooral wachten ..tot er een auto komt die me naar het centrum van Kartong kan brengen. Aldaar wordt het wachten tot de GillyGilly vol is om te vertrekken naar Gunjur. Als ik dan eindelijk na uren in Gunjur aankom, moet ik lopend door het hete zand naar Tineke die gisteren aangekomen is en die geld voor me bij zich heeft. En dan alles in omgekeerde volgorde.
In een land waar je niks zelf doet en men gewend is ‘to send somebody’  is dit een idioot plan. Alles zelf doen is te Nederlands.
Op naar plan vier.
“Tapha, I do not do this. I am too old. I send somebody I trust.” Ik hoop dat hij gaat zeggen dat hij het wel zal doen. Als hij niets zegt ga ik het hem maar direct vragen. Maar dan lijkt Tapha toch wakkerder dan ik dacht.
“Phone Omar. He picks the money at Tineke’s place and drive to the river..” Duidelijke taal, Omar is mijn vertrouwenspersoon en monteur voor de auto. Hij zal het zeker doen voor me. Maar helaas is bellen een probleem. Er is geen netwerk. Opeens ben ik het zat. Tapha vond het stom om voor een paar dagen een Senegalese simcard te kopen.
 “Waisted money”mompelde hij. Maar nu ben ik het zat en loop met grote passen naar het winkeltje bij de ingang van de lodge. Helaas zijn de simcards uitverkocht. Plan vier in duigen laten vallen doordat je simpelweg niet kunt bellen?! Op naar de volgende winkel. Gekleed in een wijde kaftan– zonder onderbroek aan – struin ik het dorp in. Even later kunnen we de simcard erin pielen, het krasnummer invoeren en Omar bellen.
“No Problem” is het simpele maar doeltreffende antwoord. Ik verzeker hem nog even ervan dat we een Senegalees nummer hebben dat hij moet bellen als hij het geld heeft. Dan gaan we tegelijkertijd op weg: hij naar de rivier in Kartong en wij vanuit Abene ook.
Pfht! Geld, al doe je nog zo zuinig, je hebt het altijd nodig. De laatste dag van het festival zou gisteren zijn. Nu hoor ik dat dat vanavond is. Een avond die ik niet wil missen met Momodou Keita, een beroemde djembeplayer. Dat wordt dus een nachtje bijboeken. Godzijdank hebben we daarvoor straks geld. De terugtocht naar Gambia zal dan morgen zijn. Ik met openbaar vervoer via ‘the river’, Tapha met de auto over de asfaltweg via de douane.
Het is weer een heel avontuur: de Gunjur-Abene Challenge!

benzine gaat per liter in een whiskyfles!

Geen opmerkingen: